Het inschatten van de impact op het klimaat van al onze elektronische apparatuur is niet makkelijk, omdat ‘elektronische apparatuur’ zoveel verschillende producten omvat. Alle producten die met elektriciteit werken vallen in deze categorie, van USB-sticks tot lampen, en koelkasten tot telefoons. We kunnen deze vraag dus niet direct beantwoorden, maar willen je wel een idee geven van wat een rol speelt in de klimaatimpact van jouw producten en wat je kunt doen om die impact te verkleinen. In het NWO circular circuits project zijn we op dit moment bezig met het beantwoorden van vragen zoals deze, en streven we naar duurzamere elektronica.
Om je toch een idee te geven van de klimaatimpact van onze elektronica zullen we een voorbeeld geven van een product dat bijna iedereen iedere dag gebruikt; een smartphone. Een opmerking vooraf: elektronica heeft niet alleen een impact op het klimaat, maar ook op milieu en mensen, bijvoorbeeld door vervuiling of slechte arbeidsomstandigheden. In dit antwoord richten we ons hoofdzakelijk op de impact op het klimaat.
Productie
Om een elektronisch product te maken zijn verschillende materialen nodig:
- Plastic: de productie begint met de winning van olie, die vervolgens wordt geraffineerd en omgezet in plastic. De productie van olie zorgt voor broeikasgassen. Soms zijn er ook emissies die schadelijk zijn voor het klimaat, zoals methaan uit pijpleidingen [1]. In je telefoon kan bijvoorbeeld de achterkant of de behuizing van plastic zijn.
- Glas: dit is gemaakt van zand en andere mineralen die worden verhit en vervolgens gesmolten. Hiervoor is veel warmte nodig, waarvoor aardgas wordt verbrand, dat op zijn beurt CO2 produceert [2]. In je telefoon is het scherm of de screenprotector gemaakt van glas.
- Metaal: metalen worden gewonnen in mijnen, samen met grote brokken rotsmateriaal. Het gesteente moet van het metaal worden gescheiden, wat veel chemicaliën en energie kost en dus ook indirecte klimaatschadelijke emissies elders veroorzaakt [3]. In je telefoon zijn de elektronische onderdelen en het frame gemaakt van metalen.
De materialen moeten nu met machines en veel energie worden omgezet in een telefoon. Ook komen de materialen en producten van over de hele wereld, er is daarom veel transport nodig. Het energieverbruik en het transport veroorzaken de uitstoot van broeikasgassen.
Gebruik
Bij bepaalde voorwerpen, zoals boeken, komt alleen uitstoot vrij als ze worden gemaakt. Spullen die elektriciteit gebruiken, zoals je telefoon, veroorzaken echter ook uitstoot als ze worden gebruikt. In 2022 was ongeveer 64% van de elektriciteit in Nederland afkomstig van kolen of aardgas [4], wat bijdraagt aan de uitstoot van CO2. Als je je telefoon oplaadt draag je dus bij aan deze uitstoot. Verschillende apparaten veroorzaken verschillende hoeveelheden uitstoot, afhankelijk van hoe vaak je ze gebruikt en hoeveel elektriciteit ze nodig hebben. Een föhn gebruiken voor 10 minuten kost bijvoorbeeld evenveel energie als een LED-lamp laten branden voor 2 dagen, en met die elektriciteit zou je ook je telefoon 15 keer kunnen opladen van 0% tot 100%! (In dit voorbeeld gaan we ervan uit dat de föhn 1500 Watt gebruikt, de LED 5 Watt en de telefoonbatterij een capaciteit heeft van 4500 mAh met 3,7 Volt.)


